39 nieuwe verhalen over Nieuw-West en zijn oude voorganger
Gepubliceerd op 28 mei 2021
Het is inmiddels een gewortelde traditie in Amsterdam Nieuw-West: de jaarlijkse uitgifte, elk voorjaar, van twee boeken met verhalen over dit stadsdeel. Sinds 2016 is dat, zoals het zichzelf aanprijst als 'Literair jaarboek voor Nieuw-West', 'Tussen Andreasplein en Zwarte Pad', nu alweer de zesde jaargang. En sinds 2018 is er 'Nieuw West Side Stories', nu alweer voor het vierde jaar.
Laatstgenoemde uitgave is tijdens de boekenweek van 29 mei t/m 6 juni gratis te verkrijgen -samen met het landelijke boekenweekgeschenk- bij boekhandel Meck & Holt op Tussenmeer 46 in Osdorp bij besteding van minstens € 20.
Beide boekjes bestrijken met hun verhalen het stadsdeel Nieuw-West, gebouwd vanaf de jaren '50, nadat het landelijke gebied van de toenmalige gemeente Sloten in 1921 in zijn geheel werd geannexeerd, om daarmee in de groeiende woningbehoefte van Amsterdam te kunnen voorzien. Samen zijn de beide edities dit jaar weer goed voor 39 nieuwe verhalen over Nieuw-West.
Extra dikke lockdowneditie
Het voorwoord van 'Tussen Andreasplein en Zwarte Pad', tussen welke beide uiterste adressen Nieuw-West zich uitstrekt, schrijft de extra dikke editie van dit jaar toe aan Covid-19, die met zijn lockdown en avondklok voor extra auteurs en extra lange verhalen bleek te zorgen... Mocht de corona nog langer gaan duren, dan voorziet de redactie zelfs Dickensiaanse proporties voor de volgende jaargang, als troost voor iedereen die naar boeiende verhalen smacht over een boeiend stadsdeel. Want al zou je dat op het eerste gezicht niet verwachten, ondanks dat het om een relatief jonge naoorlogse stadswijk gaat, valt er onnoemelijk veel over te vertellen. Opvallend in de verhalen is het aandeel nostalgie uit de jaren '50 en '60 in de toen piepjonge wijk in aanbouw. Maar de nostalgie lees je ook in de verhalen over het oorspronkelijke agrarische gebied, voordat het onder een dikke laag bouwzand verdween.
De Sloterpolder verdwijnt onder het zand, maart 1954. Rechts de voorloper van de Cornelis Lelylaan gezien in de richting Osdorp, in de verte de ringspoorbaan, links de tuinderij Sloterpolder E337 waar nu het Andreas Ensemble staat. Foto: Stadsarchief Amsterdam
Zand erover
Een van de auteurs van dit jaarboekje, Pim Ligtvoet, bekend om zijn publicatie 'In de schaduw van de oorlog, 1940-1945 in de polders van Amsterdam Nieuw-West', refereert in zijn verhaal over de zandophoging aan een andere auteur die veel publicaties over Nieuw-West op zijn naam heeft staan:
"Nieuw-Westkenner Erik Swierstra vertelde me ooit dat de 'tuinsteden' van Amsterdam op een laag van vier meter zand zouden komen. Na de oorlog was daar te weinig geld voor en moest er vanwege de woningnood haast worden gemaakt. Twee meter zand was wel genoeg. Het meeste kon relatief goedkoop uit de oude zandlaag onder de Sloterplas worden gehaald - die daarmee behalve recreatieplas een zandwinningsgat van dertig meter diep werd. De bodem van het nieuwe West kwam dus twee meter lager te liggen dan gepland."
De Commissaris van de Sloterweg
Overigens is niet heel Nieuw-West met zand opgehoogd. De uiterste west- en zuidzijde van de voormalige gemeente Sloten zijn gespaard gebleven. Daar liggen nog steeds de kernen van de eeuwenoude dorpen Osdorp en Sloten met hun omringende landelijke gebied. Daar ligt zoveel interessante historie voor het oprapen dat beide boekjes de nodige verhalen bevatten over deze oude voorganger van Nieuw-West. Zo wijdt Jan Loogman, opgegroeid in dit oude gebied, een verhaal aan 'De Commissaris van de Sloterweg'. Dit betreft dan Hindrik Jans van der Molen, sinds 1956 hoofdcommissaris van de Amsterdamse politie die van 1962 tot 1967 villa 'Maupertuus' op de Sloterweg bewoonde. Voor wie in zijn/haar jonge jaren de roerige jaren '60 heeft meegemaakt is dit verhaal van Jan Loogman een feest van herkenning: de provo's, het huwelijk van (toen) Prinses Beatrix, de bouwvakkersopstand. Het speelde zich allemaal af in het eerste half jaar van 1966 en het leidde uiteindelijk tot het ontslag van zowel burgemeester Van Hall als de commissaris.
Villa Maupertuus was van 1962 tot 1967 de woning van Hoofdcommissaris van Politie Van der Molen. Foto: Stadsarchief, Amsterdam
Zijn naaste buren op de Sloterweg volgens Jan Loogman: "Dat hij aan de Sloterweg werd gewaardeerd als een vriendelijke buurman, past wel in dit beeld. "Schandelijk", zeiden zijn buren daar over het ontslag dat hij had gekregen. "Zo gaan die dingen", antwoordde Van der Molen. In juli 1967 verhuisde Van der Molen vanaf de Sloterweg naar Heemstede. Toen de hoogste rechter in 1968 zijn ontslag had bevestigd, ging hij uitkijken naar ander werk. Hij trad in dienst van Centra, een kruideniersorganisatie."
De handtekening van hoofdcommissaris Van der Molen prijkt nog steeds op het verkeersdiploma dat ik bij het verlaten van de lagere school in 1962 kreeg uitgereikt. Dat had ook anders kunnen lopen, besef ik nu, want notabene in datzelfde jaar, volgens Loogman, ondernam burgemeester Van Hall een vergeefse poging om zijn hoofdcommissaris te ontslaan. En 1962 was ook het jaar dat Van der Molen van zijn etagewoning in Zuid verhuisde naar de kapitale vrijstaande villa aan de Sloterweg 782. "Hij was een heel vriendelijke man, iemand die er wel bij hoorde, tussen de andere bewoners aan de Sloterweg. Met Schelling die Sol op de proeftuin had opgevolgd, en ook met Van der Veldt van de duikboot aan de overkant maakte hij geregeld een praatje", weet Jan Loogman van een vroegere bewoner.
Referendum redt Slotens weiland
Het andere boek, 'Nieuw West Side Stories', geeft ruimte aan maar liefst 4 verhalen over het voormalige landelijke gebied van Nieuw-West. Zo vertelt Tamar Frankfurther over het gewonnen referendum dat in 1995 werd gehouden om de voorgenomen bebouwing van het weiland aan de Vrije Geer, grenzend aan de dorpskern van Sloten, te voorkomen. Het middeleeuwse en tevens laatste veenweidegebied in Sloten werd hiermee van de ondergang gered en is nu een natuurpark dat door tientallen vrijwilligers wordt beheerd.
Verdwenen dorpen
Drie hoofdstukken in dit boek zijn gewijd aan het verre verleden en zijn van de hand van Erik Swierstra, die inmiddels een indrukwekkende reeks historische publicaties op zijn naam heeft staan. Hoe het gebied twee eeuwen terug nog werd bedreigd door het water van de Haarlemmermeer, waardoor enkele dorpen compleet werden weggespoeld, lezen we in zijn verhaal 'Verdwenen dorpen ten westen van Sloten'.
En welke rol Sloten speelde in de verbinding tussen hoofdstad en hofstad lezen we in 'Sloten en de verbinding van Amsterdam naar Den Haag'. Onvoorstelbaar: al het verkeer van en naar Schiphol ging tot eind jaren '30 door de nauwe dorpskern van Sloten...
Zijn derde bijdrage gaat over 'Het Jaagpad langs de Schinkel en Nieuwe Meer', een oude wandelroute die aan de hand van zijn verhaal nog steeds goed is te volgen, althans tot de plek waar de Nieuwe Meer is verbreed ten koste van de Riekerpolder voor de zanduitgraving t.b.v. de ophoging van Nieuw-West.
De samenstellers van het boek hebben echter de onvergeeflijke fout begaan om in de inhoudsopgave de naam van Erik Swierstra abusievelijk niet te vermelden achter zijn drie verhaaltitels. Waarvan vanaf deze plaats acte...
Daarnaast hebben drie inmiddels ook bekende schrijvers uit het oorspronkelijk landelijke gebied Sloten-Osdorp ook dit jaar weer hun bijdrage aan deze uitgave verleend: Paul Kroes, Kees Schelling en Jan Loogman. Vooralsnog staan zij de komende jaren wis en zeker nog garant voor veel meer verhalen over dit eeuwenoude en tevens jonge gebied van Amsterdam Nieuw-West...